Terug naar Kennisbank

Het gesprek over geld mag vaker en hoeft niet krampachtig

Gepubliceerd op 2021-07-30

Écht het gesprek aangaan over geld vinden we lastig. Toch confronteren Bijbelverhalen zoals die in Lucas 16 ons met prikkelende vragen rondom armoede en rijkdom. Een theoloog deelt zijn gedachten.

In Lucas 16 vinden we de gelijkenis met de rijke man en de arme Lazarus. Het schrijnende verhaal is voor veel mensen bekend, maar weinigen bestuderen het uitvoerig. Voormalig TUA-hoogleraar dr. T. M. Hofman deed dat wel. In zijn boek Arm en rijk in crises gaat Hofman in op hoe de woorden van Jezus in Lucas 16 werden ontvangen, de receptiegeschiedenis door de eeuwen heen, en hoe het vandaag de dag relevant is.

Voor de moderne lezer kan het verhaal wat vervreemdend zijn. In Nederland worden we niet dagelijks geconfronteerd met de allerarmsten, noch kennen we de cultuur waarin de armen – wachtend, hopend - aan de poorten van de rijken liggen. Toch is dit gegeven verhaal ook voor ons tijdperk.

Verandering nodig
Het thema ‘arm en rijk’ is in het denken van Hofman een belangrijk thema door de jaren heen. “Ik denk dat er meer onderwijs nodig is over goed rentmeesterschap, een kernbegrip in Lucas 16, waaronder over geld en goed. Er is verandering nodig. Christenen in verschillende beroepen, zoals bijvoorbeeld een econoom, landbouwer, huisvrouw of jurist, zouden zich veel meer mogen uitspreken over goed rentmeesterschap van geld. Niet met opgeheven vinger, maar vanuit hartelijke belangstelling voor anderen. Op zowel macro- als op microniveau ontbreekt er vaak een ethisch kompas, denk aan het doorgeslagen marktdenken in het Westen.” In bijlages A en B van zijn boek staan gierende voorbeelden van hoe het niet moet, waar slecht rentmeesterschap toe leidt. Hij bespreekt bijvoorbeeld de kredietcrisis.

 

Christenen in verschillende beroepen, zoals bijvoorbeeld een econoom, landbouwer, huisvrouw of jurist, zouden zich veel meer mogen uitspreken over goed rentmeesterschap van geld.

 

Nieuwe ogen
“Het is eerst van belang om met nieuwe ogen te kijken naar geld en goed. Het is niet mijn geld, maar alles wat we bezitten mogen we beheren in opdracht van de grote Eigenaar, dat is rentmeesterschap. Geld is me toevertrouwd om er verantwoord mee om te gaan. Uiteindelijk zul je rekenschap afleggen voor wat je ermee hebt gedaan of niet.”

“Goed rentmeesterschap betekent dat je zelf mag leven van je geld – je mag al heel dankbaar zijn als er wordt voorzien in je primaire levensbehoeften. Het kan niet anders dan dat je (im)materieel deelt met anderen. De vervulling van de wet is liefde tot God en liefde tot onze naasten. Volgens Lucas 16 kan ons medemens nooit buiten beeld blijven. Zijn of haar nood moet mij ter harte gaan. De rijke man die over Lazarus struikelde had hem nooit echt gezien.”

Nood van onze naasten
Zien wij de nood van onze naasten? “Iemand met nood kan een arme zijn waar weinig mensen naar omkijken, aan de rand van de samenleving. Maar ook een eenzaam persoon heeft nood en zit niet te wachten op geld maar het hartverwarmende gevoel van gezien worden. In het Nieuwe Testament in Jakobus 2: 15-17 worden we herinnerd hoe er uit een levendig geloof in Christus daden zullen voortvloeien, zoals het geven van eten aan de armen. Of denk ook aan hoe Jezus ons oproept om een koude beker water te geven aan de kleinsten (Matt 11:42). Je hoeft niet de hele wereld op je nek te nemen, maar kijk eens rond, heel dichtbij, in je wijk naar noden die er zijn.”

Gerechtigheid, niet alleen liefdadigheid
Het gaat daarbij niet alleen om liefdadigheid, maar om gerechtigheid, legt Hofman uit. Dat is een Bijbelse notie. “Er zijn allerlei soorten ongelijkheid in onze samenleving. Denk aan hoe mensen aansluiting op de arbeidsmarkt missen, of hoe sommige jonge mensen nooit een warm gezin hebben gekend waardoor ze makkelijker dreigen te ontsporen in de samenleving.”

“In ons getuigenis voor Christus is het van belang dat je levenshouding mildheid en dienstbaarheid naar de ander toe manifesteert. Dat mensen aan je merken dat je het een ander gunt. Het is te vaak ‘de dikke ik’ die de toon zet, zeker ook in het beheer van geld en goed in een materialistische samenleving.”

 

"Het is te vaak ‘de dikke ik’ die de toon zet..."



Levensprioriteiten
De juiste omgang met de Bijbel en gebed is van enorm belang in het stellen van de juiste prioriteiten in het leven. Het herinnert ons aan waar we veel waarde aan zouden moeten hechten, vertelt Hofman. “Je kunt je (geld)zaakjes op orde hebben, maar ben je rijk in God? Het is een strijd, rijkdom brengt enorme verzoekingen met zich mee, dat laat 1 Timotheüs 6 ook zien, maar we doen het niet vanuit onze eigen kracht.”

Een sobere levensstijl?
Zouden christenen zich moeten onderscheiden door een bescheiden levensstijl? “We moeten ons er in ieder geval niet op laten voorstaan, zo van ‘kijk eens naar mij’. Toch kun je wel een bepaalde manier van omgang met geld voorleven, al kan het er dik opleggen juist averechts werken. Bij een sobere levensstijl hoort bijvoorbeeld oog hebben voor Gods schepping, dat je duurzaamheid van wezenlijk belang acht.”

“Je kunt in gesprek over geld met collega’s het begrip ‘rentmeesterschap’ ook eens ter sprake brengen en iets vertellen over Gods bedoeling met de schepping en mensenlevens. Daarnaast merken collega’s hopelijk ook dat je het niet alleen doet voor het geld. Als er ergens extra hulp nodig is, zet jij je in.”

Maar onze omgang met geld kan onze reputatie als christenen ook schaden. “Als christenen zich opstellen als rupsje nooitgenoeg, dan straalt dat een groot wantrouwen uit naar Hem die voor ons zorgt. Onze inhaligheid is dan een enorme anti-reclame. En als je steeds jaagt naar meer, meer, meer, waar is dat dienen dan?”

“Het kan ook ons getuigenis schaden als we onze welvaart gebruiken om de ander de ogen uit te steken met onze spullen, verre reizen, en onze capaciteiten. Dat is hoe het niét moet. Soms moet je er daarom niet over vertellen.”

 

"We proberen gierigheid vaak toe te dekken als zuinig leven, niet willen verspillen. Maar waarom leef je zuinig?"

 


Gierigheid kan ook een anti-reclame zijn voor ons getuigenis. “We proberen gierigheid vaak toe te dekken als zuinig leven, niet willen verspillen. Maar waarom leef je zuinig? Is het om geld aan een ander weg te geven? Is het om een groenvoorziening te steunen?”

“Onder christenen kunnen er behoorlijke verschillen zijn in welvaart. Het gaat niet over hoeveel het is, maar met welke intenties we ons geld beheren.” Het liefst willen we kant-en-klare antwoorden, maar we hebben ook verschillende verantwoordelijkheden, ook binnen een gezinssituatie, legt Hofman uit.

Waar sta ik nu?
Lucas 16 houdt ons een spiegel voor. Er valt niet te wennen aan het contrast in de gelijkenis. In zijn boek biedt Hofman handreikingen die ons prikkelen en doen afvragen: ‘waar sta ik nu?’. Dat hoeft geen kramp te worden. Het leven is het waard om geleefd te worden, omdat het een gave van God is.

Volg ons op Instagram voor inspiratie tijdens je koffiepauze.

Volg ons: rmu.nu