Veiligheid op het werk: wat kan de OR hierin betekenen?
De actualiteit van het onderwerp seksuele intimidatie en sociale veiligheid op het werk heeft de laatste weken een ongekend hoge vlucht genomen. Het heeft daarmee een stuk aandacht die het daarvoor nooit heeft gehad. Voor veel bedrijven is het aanleiding om hun beleid nog eens tegen het licht te houden. Voor veel andere bedrijven betekende het een startschot voor een belangrijke inhaalslag, omdat voorheen sociale veiligheid nooit echt een intern thema is geweest. Een interessante vraag is: wat kan de medezeggenschap, meer in het bijzonder de ondernemingsraad hierin betekenen?
Veiligheid op het werk is en blijft in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de werkgever. Dat bepaalt onder meer de ARBO-wet. Iedere werkgever dient er zorg voor te dragen dat zijn werknemers gezond en veilig hun werk kunnen doen op een gezonde en veilige plek. Onder het begrip veiligheid valt niet alleen de lichamelijke veiligheid, maar ook de mentale! Hetzelfde geldt voor het begrip “gezond”: ook dat ziet op zowel het lichamelijk als het geestelijke welzijn.
Maar het feit dat deze veiligheid de verantwoordelijkheid van de werkgever is, sluit niet uit dat de OR hier geen taak heeft. Sterker nog: de OR heeft hier, naast taken die passen binnen de context van de medezeggenschap, zelfs een bepaalde verantwoordelijkheid. Artikel 28 van de Wet op de ondernemingsraden zegt het als volgt: De ondernemingsraad bevordert zoveel als in zijn vermogen ligt de naleving van de voor de onderneming geldende voorschriften op het gebied van (……) de arbeidsomstandigheden (…). Dat is dus een inspanningsverplichting voor een ondernemingsraad die zich wat betreft dit onderwerp actief opstelt. En dat gaat verder dan een meer afwachtende houding die re-actief beschouwt en toetst!
Dit betekent dat de OR absoluut zijn boekje niet te buiten gaat als hij veiligheid op het werk thematiseert en hoog op de agenda plaatst. En terug laat keren. En zelfs blijft de OR binnen zijn taakveld als hij zelf op de een of andere manier onderzoekt hoe het met de veiligheid op het werk gesteld is. Dat kan zich richten op beleid (wat is er geregeld) en op de ervaring van de collega’s (voel ik me veilig). Interessant aspect hierbij is: wat als een collega zich meldt bij de OR met een concrete klacht? Moet de OR die oppakken? De OR is niet de instantie die dergelijke klachten zou moeten oppakken en behandelen. Maar dat betekent niet dat de OR zich doof moet houden. De OR zal de klager in ieder geval de juiste route moeten wijzen voor behandeling van de klacht en daarbij kan de klacht zeker een aanleiding zijn de bestuurder/werkgever aan te sporen om werk te maken van het thema sociale veiligheid
In het overleg met de bestuurder/ondernemer, kan de OR zich richten op de volgende vragen en aspecten:
- Agendeer het thema en laat het terugkomen in het overleg
- Stimuleer dat sociale veiligheid een terugkerend onderwerp is tijdens de diverse (werk)overleggen binnen de onderneming
- Neem het arbo-beleid onder de loep: is dat op orde en voorziet het ook in een goede procedure voor de situatie dat een collega zich onveilig voelt? Is er schriftelijk beleid met betrekking tot de psychosociale arbeidsbelasting?
- Is die procedure bekend bij de werknemers en weten leidinggevenden hoe te handelen in deze situaties?
- Heeft de onderneming een interne vertrouwenspersoon (die als “wegwijzer” functioneert) en een externe vertrouwenspersoon en zijn deze bekend binnen de organisatie?
- Is er aandacht voor bedrijfsmaatschappelijk werk?
- Heeft de onderneming al een klokkenluidersregeling?
Kortom: de OR heeft een aantal belangrijke taakvelden op dit thema en een uitgebreide gereedschapskist met instrumenten: het recht om dit onderwerp in al zijn facetten bespreekbaar te maken in de dialoog met de ondernemer, het recht om geïnformeerd te worden en het recht om voorstellen te doen.
Lees hier meer over het thema Sociale Veiligheid.
Heeft u hierover vragen of bent u benieuwd hoe de RMU u en uw OR of medezeggenschapsraad behulpzaam kan zijn? Aarzel niet om contact met ons op te nemen.