pensioen
In een pensioenregeling kunnen verschillende pensioenvormen worden opgenomen. Het is niet standaard dat alle pensioenvormen in een regeling voorkomen. Onder andere het budget en de aard van het werknemersbestand zijn daarvoor bepalend. Als de pensioenregeling uit een beperkt aantal pensioenvormen bestaat, kan de werknemer ervoor kiezen om op eigen kosten bepaalde pensioenvormen aanvullend te verzekeren.
Welke pensioenvormen zijn er?
-
Ouderdomspensioen
Een ouderdomspensioen gaat in zodra de pensioenleeftijd is bereikt. De ingangsdatum vervroegen of uitstellen is onder voorwaarden mogelijk.
- Partnerpensioen
Dit gaat in na het overlijden na het overlijden van de werknemer en is ten behoeve van de partner.
- Wezenpensioen
Het wezenpensioen keert uit zodra er een ouder is overleden en eindigt meestal als het kind de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt.
- ANW-hiaatpensioen
Een nabestaande heeft niet altijd recht op een uitkering van de Algemene Nabestaandenwet (ANW). Dit pensioen geeft de nabestaande een uitkering ter grootte van de ANW.
- WIA-hiaatpensioen
In de praktijk komt u dit pensioen ook wel tegen als het WGA-hiaatpensioen. Dit pensioen regelt een aanvulling op een uitkering uit de WIA.
- WIA-excedentpensioen
De WIA is beperkt tot het maximumloon voor de sociale verzekeringen. Is het loon van een werknemer hoger, dan is dat hogere loon niet gedekt voor arbeidsongeschiktheid. Dit pensioen verzekert het loon boven dat maximum.
Heeft u vragen over uw pensioenregeling of pensioenvormen? Of heeft u een andere vraag over uw pensioen? Neem gerust contact met ons op.